De gastroepiploïsche slagader verwijst naar een groep bloedvaten die in de buik en maag worden aangetroffen. De slagader is gescheiden in twee delen die bekend staan als de rechter en linker gastroepiploïsche slagaders. Deze twee slagaders smelten vervolgens samen om de gastroepiploïsche slagader te vormen.
De rechter gastroepiploïsche slagader is het grotere bloedvat. Het komt uit het laatste deel van een bloedvat in de buik, bekend als de gastroduodenale slagader. Het beweegt van rechts naar links en volgt de kromming van de maag. Het bevindt zich iets onder de ronding van de maag. De slagaders die uit de rechter gastroepiploïsche slagader komen, leiden de bloedstroom naar delen van de maag. Het pad van de rechter slagader eindigt wanneer het samenvloeit met de linker gastroepiploïsche slagader.
De linker gastroepiploïsche slagader is een verlengstuk van de miltslagader. Het reist van links naar rechts en ligt ook net onder de kromming van de maag. Bloedvaten die uit de linker gastroepiploïsche slagader komen, leiden ook de bloedstroom naar delen van de maag, met name het oppervlak en het grotere omentum, een plooi van dun weefsel dat van de maag naar beneden hangt en zich hecht aan de dwarse dikke darm.
