De laterale tarsale slagader vertakt zich van de dorsalis pedis-slagader wanneer deze het naviculaire bot kruist, dat zich net voor de enkel bevindt. Dit bloedvat levert zuurstofrijk bloed aan het tarsale gebied van de voet, een gebied dat vergelijkbaar is met het carpale gebied van de hand en pols.
De tarsus bestaat uit veel kleine botten nabij het gewricht van de enkel. De laterale tarsale slagader bevindt zich tussen deze kleine botten en de spier onder de extensor digitorum brevis, die deze van bloed voorziet. Gedurende een groot deel van zijn loop loopt de laterale tarsale slagader dicht bij de laterale terminale tak van de diepe fibulaire zenuw.
De laterale tarsale slagader vormt anastomosen (verbindingen) met de perforerende tak van de fibulaire slagader en verschillende andere nabij het enkelgewricht. In tegenstelling tot andere bloedvaten heeft de laterale tarsale slagader geen vena comitans met een vergelijkbare naam. (Een vena comitans is een ader die een nauwe relatie heeft met een slagader, zodat het pulseren van de slagader helpt om bloed door de ader te verplaatsen.)
Zuurstofarm bloed wordt uit de voet en enkel afgevoerd door een verscheidenheid aan verschillende aderen, maar het is bekend dat de voet een slechte circulatie heeft in vergelijking met de rest van het menselijk lichaam. Hierdoor ontwikkelen sommige mensen osteonecrose of avasculaire necrose. Dit is botceldood, en dus botweefselsterfte, die het gevolg is van een gebrek aan bloedtoevoer. Avasculaire necrose kan leiden tot kleine breuken in het bot en uiteindelijk tot instorting. Er zijn veel behandelingen voor avasculaire necrose, waaronder geneesmiddelen tegen osteoporose, fysiotherapie en chirurgische ingrepen.